Nederland

Nederland

Hoe installeer ik een Ohme Home Pro?

De installatie moet voldoen aan de IET-bedradingsvoorschriften en de IET-praktijkrichtlijnen voor oplaadapparatuur voor elektrische voertuigen.

De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde elektricien met de juiste kennis van EV-laadpuntinstallaties.

Stap 1

De Ohme Home Pro is ontworpen om aan de wand te worden gemonteerd op een vlak oppervlak.

Er worden bevestigingen meegeleverd die geschikt zijn voor de meeste wandoppervlakken (bijv. baksteen/pleisterwerk), maar de installateur moet zelf bevestigingen selecteren als deze niet geschikt zijn.

Bevestig de achterplaat aan de muur met de vier meegeleverde bevestigingen.

Stap 2

Monteer het apparaat en geleid daarbij de drie nokken voorzichtig in de achterkant van het apparaat.

Stap 3

Gebruik de meegeleverde drie korte M4-machineschroeven om het apparaat aan de achterplaat te bevestigen.

Stap 4

De Ohme Home Pro wordt geleverd met een vaste ingangskabel/losse geleider van één meter die ter plaatse moet worden aangesloten op een geschikte aansluitdoos, isolatieschakelaar of mini-CU (niet meegeleverd).

De losse geleiders zijn van 6 mm2 koper, de totale diameter is 15,2 mm, geschikt voor een nr. 6 kabel.

Om dit aan te sluiten, zal een installateur gewoonlijk een aansluitdoos op enkelhoogte installeren en de ingangskabel door een muur voeren en aan de andere kant afsluiten.

De aansluitdoos moet zijn geclassificeerd tot ten minste 32A, voldoende IP-classificatie hebben voor de locatie en ruimte hebben voor een driewegsaansluitblok (geen load balancing) of vijfwegsaansluitblok (met load balancing).

Stap 5

De Ohme Home Pro heeft een dynamische load-balancing functie. Een stroomsensor (CT) klem is voorzien om de elektrische vraag van de woning of subboard te meten. De lader beperkt de maximale stroom die beschikbaar is voor het voertuig om de vraag van het huishouden onder de ingestelde drempel te houden.

Zie: hoe installeer ik een CT-klem

Als load balancing is geactiveerd en de CT-klem wordt verwijderd, op de verkeerde plaats wordt geïnstalleerd of defect is, zal de lader enkel opladen met een maximum snelheid van 16A. Het is daarom verstandig om ervoor te zorgen dat de reservecapaciteit, rekening houdend met andere belastingen en diversiteit, ten minste 16A is.

Stap 6

De lader wordt geleverd met een kabelhouder en een houder voor het oplaadpistool om de kabel aan op te hangen wanneer deze niet op het voertuig is aangesloten.

Gebruik nog eens vier bevestigingen om deze aan de muur te hangen.

Kabelopslag

Wanneer de oplader van het voertuig is losgekoppeld, moet deze op de juiste manier worden opgeborgen.

Wikkel de kabel rond de kabelhouder.

De laadstekker moet in de houder worden geduwd; je hoort een klik wanneer deze op zijn plaats is vergrendeld.

Dit beschermt de laadpinnen tegen de elementen.

Druk op de knop aan de bovenkant van de houder om de laadstekker terug uit de houder te halen.

Was this helpful?

Thanks for your feedback!